Nkwichi. Dat betekent in een taal in Mozambique: ‘het geluid van zand dat knispert onder je blote voeten’.
Zo zou je in Nederland wel een heleboel woorden kunnen maken voor sneeuw-geluiden. Hoe mijn hakjes krakend wegzakken in verse sneeuw. Hoe bijna geluidloos een auto slipt over geplette sneeuw. Hoe een fiets glijdt over korrelsneeuw. Hoe diezelfde fiets met fietstassen en al – gggglak- onderuitgaat. Het geplop van sneeuwballen. Het geknal van ijsballen. Sneeuw die heel zachtjes ploft in je haren, ogen, oren.
En ondertussen is er in Andalucia iets heel anders aan de hand. Regen, overstromingen, de hele olijvenoogst lijdt eronder. Morgen gaan we weer terug, dan zal ik het merken. Het verschil tussen ijzig vriesweer en gestage regen. We zijn een week weg geweest, dat wordt weer dweilen denk ik. En de kachel (die werkt op olijfpitten) weer aan de praat krijgen nu de pitten nat zijn. De veregende satelliet weer rechtop zetten, dan heb ik tenminste weer internet. Het geluid van mijn hakjes door de kletsnatte olijfklei, is daar een woord voor?
Dag lief Amsterdam, dag sneeuw. Mijn tas zit vol nieuwe Hema-panties, boeken en drop en mijn hoofd vol inspiratie. Ik ga de berg weer op. Ik ga schrijven.
Lees verder