Categorieën
Verhalen van een Amsterdams leven

Transitionele drab

Samhain, zoals het Wiccafeest van vannacht heet, is een overgangsrite.

Van zomer naar winter natuurlijk. Maar ook van leven naar dood, van bloei naar kiem, van beweging naar verstilling. En die overgang gaat niet geleidelijk. Iemand beschreef laatst een rups die een vlinder wordt; als je de pop open snijdt zie je geen rups en ook geen vlinder, maar slechts een bruinige drab.

Espressokoffie

Alleen in mijn nieuwe huisje, waar ik nog dagelijks het kind mis. Als ik per geluk pianomuziek hoor die zij altijd boven zat te spelen. Als ik eten maak voor mezelf alleen. Als ik mezelf hoor ouwehoeren met de poezen. Als ik per ongeluk Master Chef Australia langs zie komen. Wakker in de nacht en er is niemand anders, zo stil. Goedkoop is het wel. De enige boodschappen die steeds terugkomen zijn de pakken espressokoffie.
De Haarlemmerstraat mijd ik, ik fiets er meestal in een grote boog omheen. Gisteren had ik er een fotosessie voor de Jordaankrant, en dan ben ik meteen zo trots dat ik juist in die krant… Daar kan geen NRC tegenop.
Hallo donkerte. Het is hip om je te omarmen en rustig oog in oog te staan met, zoals ik ergens zo mooi las ‘de gaten in het weefsel van de werkelijkheid van alledag’. Ik meander me door de dagen, verhef procrastinatie bij het werken aan het nieuwe boek tot een enorme kunst. En schrijf dan toch ineens een mooie zin op, of beeld, of gedachte.

Ik maak de jaarlijkse herfstwandeling met mijn 82-jarige vader, een zwartkijker – in zijn eigen woorden. Maar hij loopt kwiek naast me met zijn wandelstok en vertelt over de ingewikkeldheden van het bridgen, de requiems die hij volgende week in het concertgebouw zingt met een koor, en dat hij die avond iemand tot prins gaat inwijden bij de vrijmetselaars. Iets geheims met twee tempels is het en er hoort ook bij dat je  – aha – een tijdje alleen bent in de duisternis. Maar daarna ben je dus prins.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *