Categorieën
Verhalen van een Amsterdams leven

Het laatste stukje afscheidsbeleving

We hadden het complete pakket afgenomen dus ‘inclusief een stukje extra zorg en begeleiding’.

Wat bekende dat mijn zus en ik met veel egards werden ontvangen in het crematorium.

Baby

Of we nog vragen hadden? Ik vond dat we het hele pakket eruit moesten genieten, dus ik zei: ‘Waar was die as dan al die tijd?’
‘In de rustruimte,’ zei de crematoriumman sereen. Dat klonk gezellig.
‘Met heel veel anderen?’
‘Eh ja.’
‘Niet erg.’ Mijn zus en ik haastten ons om de beteuterde man gerust te stellen. Dat had onze moeder reuze gezellig gevonden.
Daarna ging hij haar halen. Uit die rustruimte dus, het duurde nog best lang.
Ze zat in een soort koekblik. Licht, schoon en warm.
‘Voel jij het ook?’
Mijn zus voelde het ook. Het was al die samengebalde energie van haar, dacht ik. Of zou het heel heet zijn in die rustruimte? Iets met nagloeien?
‘Dat doen we de tijdelijke urn nu in een deken,’ zei de man. We wilden namelijk niet dat argeloze begravers geconfronteerd zouden worden met deze plastische laatste stap, toch? Nee, dat wilden mijn zus en ik niet.
‘Willen jullie het zelf dragen?’
Natuurlijk wilden we dat – al dachten we dat onze moeder het ook wel tof zou hebben gevonden om door zo’n vlotte jonge vent opgetild te worden.
Daar liepen we langs de graven met ons pakketje. Het voelde alsof we een babytje vervoerden. Mijn zus had zelfs associaties met baby Voldemort.
Er was een mooie natuurstenen urn met een naamplaatje waar ze op een of andere manier maanden over hadden gedaan om te maken. In die urn, bij het meertje, lieten we haar zachtjes zakken.
‘En dan laat ik jullie nu alleen voor het laatste stukje afscheidsbeleving,’ zei de man. Ook dat was van tevoren afgesproken.
Mijn zus en ik begonnen onmiddellijk weer tegen haar aan te kletsen, net als in de laatste dagen van haar leven toen we bij haar waakten. Over onze kinderen en onze levens, hoe goed alles ging. Ondertussen zetten we bloemen neer en kaarsjes en kleine vogeltjes en we strooiden ook veertjes uit die we in haar huis hadden gevonden en die mijn zus had bewaard.
Het was echt gezellig.

Later thuis zat ik op de bank en ik zocht en zocht maar er was inderdaad geen enkel stukje gevoelsbeleving meer over. Wegger en wegger.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *