Categorieën
Verhalen van een Amsterdams leven

Moeder

‘Jij bent geloof ik de allereerste vrouw die niet ‘moeder’  heeft opgeschreven om zichzelf te definiëren.’ zegt de cursusleider.

Het was een jaar of tien geleden en ik deed een cursus. Je moest jezelf voorstellen aan de hand van een paar kernwoorden. Geen idee meer wat ik zei, ik denk in ieder geval ‘schrijfster’. Moeder zijn was niet stoer, vrees ik. En zeker geen verdienste.

Loodzwaar

Ik heb het jarenlang loodzwaar gevonden, kinderen. De gebroken nachten, de zorgen om het minste geringste, dat je de hele tijd moest opletten of er niet eentje onder een auto rende. Ik heb een flitsende baan opgegeven toen de tweede kwam om meer thuis te kunnen zijn, mijn lievelingshuis in de binnenstad verruild voor meer ruimte, er waren tijden dat ik zelfs mijn vriendinnen amper nog zag. Dat zou ik allemaal weer doen, dat is het punt niet. En natuurlijk was er ook al het andere.
Maar sinds ze zo groot zijn als nu is er wel iets veranderd. Doe mij tien puberdochters en ik straal nog steeds. Ik kan eindeloos genieten van het gedoe, van altijd vriendinnen over de vloer, van de botheid van de een en de nieuwe stoerheid van de ander. Ik vind ze zo gaaf met zijn drietjes! Niet op de manier van ‘hebben wij dat eens even goed gemaakt’, want op een bepaalde manier heb ik er niets mee te maken, ze zijn wie ze zijn. En dat is toevallig heel erg leuk. Het liefst zou ik ze de hele dag door willen aaien – maar dat mag natuurljk niet. Als er dan wel plotseling eentje tegen me aankruipt, is dat een megabonus.
De middelste is nu al een week op schoolkamp, die moet nu maar weer eens terugkomen, vind ik. En dat de oudste inmiddels al haar inentingen voor Latijns Amerika op zak heeft plus een enkele reis Brazilië, vervult me met trots en verschrikkelijke weemoed tegelijk.

Hoe meer ze van me weg gaan, hoe meer ik moeder word.

4 reacties op “Moeder”

Vaak is het ook goed om (tijdelijk) bij elkaar weg te gaan 😉 Dan zie en voel je nog scherper de onderlinge liefde en verbondenheid 🙂 “If you love somebody set them free” zong The Police al in de tachtiger jaren. En, om met Kahlil Gibran te spreken, hoe cool en gaaf is het niet om de boog te mogen zijn waarmee je kinderen als levende pijlen worden weggeschoten. Niets klefs aan 😉

“En hij zei:

Je kinderen zijn je kinderen niet.
Zij zijn de zonen en dochters van ’s levens hunkering naar zichzelf.

Zij komen door je, maar zijn niet van je,
en hoewel ze bij je zijn, behoren ze je niet toe.

Je mag hen je liefde geven, maar niet je gedachten,
want zij hebben hun eigen gedachten.

Je mag hun lichamen huisvesten, maar niet hun zielen,
want hun zielen toeven in het huis van morgen,

dat je niet bezoeken kunt, zelfs niet in je dromen.
Je mag proberen gelijk hun te worden, maar tracht niet hen aan jou gelijk te maken.

Want het leven gaat niet terug,
noch blijft het dralen bij gisteren.

Jullie zijn de bogen, waarmee je kinderen als levende pijlen worden weggeschoten.
De boogschutter ziet het doel op de weg van het oneindige,
en hij buigt je met zijn kracht opdat zijn pijlen snel en ver zullen gaan.
Laat het gebogen worden door de hand van de boogschutter een vreugde voor je zijn:
want zoals hij de vliegende pijl liefheeft,
zo mint hij ook de boog die standvastig is.”

Laat een antwoord achter aan Salomé Philips Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *