Niet alleen gaf de gratis computer van de Kentucky Fried Chicken in Medan mij een griezelig virus (sorry aan iedereen die ik zonder het zelf te weten mailtjes over afslankdruppels heb gestuurd) maar ook iets veel ergers: een ongeluksmail.
Mijn oude moedertje is ingestort. Wat al heel lang in de lucht hing, gaat ineens razendsnel. Beginnende dementie, ze moet worden opgenomen.
Er zijn evenveel redenen om naar Nederland te gaan als om hier te blijven. Omdat mijn zus nu twee dochters tegelijk is, is er een keuze. Dank je wel, lieve Nanda!
Voorlopig blijf ik hier. Op reis. Bij mijn gezin.
Schildpadden redden
We maken een lange tocht naar het schildapddeneiland waar ik STOP HOU OP over schreef. Ik heb dat verhaal stiekem gesitueerd op een ander schildpaddeneiland bij Guinee Bissau. Dit is anders! Ruiger, misschien wel meer vechten tegen de bierkaai. Stropen gebeurt nog volop, de eieren worden direct nadat ze door de moederschildpad zijn begraven, weer opgegraven. Door enorme varanen die op krokodillen lijken. Maar ook door vissers die ze verkopen of opeten. Lekker eitje – en je wordt er ook nog eens omnipotent van. Net als in Afrika gaan we ’s nachts met de onderzoekers op patrouille. De meiden mogen helpen de schilden op te meten en met rode lichtjes schijnen ze in de kuil waar de eitjes als glibberige pingpongballen uit de schildpad rollen. Lichtgevend plankton op het zand, verre bliksem in de lucht – en dan ook nog eens schildapdden redden, die verstrikt zitten in het wier. En eieren herbegraven, op geheime plekken.
De volgende ochtend gaan we weer. Varanen wegjagen.
Een wild wijf met een aap
Later varen we urenlang langs de vijftig eilanden van Pulau Banyak, die stuk voor stuk picture perfect vanuit de turquooizen zee naar ons wuiven met hun palmbomen. Er is ook nog even spektakel als Dunya door reuzengolven gegrepen wordt en in een onderstroom terechtkomt. Ik moet keihard rennen over het strand om haar bij te houden, terwijl de rest van mijn familie stuk voor stuk met kleren en al achter haar aan duikt. Voor mijn geestesoog verdrinken ze allevier… Mijn geestesoog is verschrikkelijk; een enorm grote golf smijt ze allemaal weer naar mij toe.
Die avond is de zee spiegelglad en slapen we op een onbewoond eiland in een tentje. Net als de kleine prins op zijn planeet, zien we zonsopgang en zonsondergang op dezelfde dag, gewoon door naar de andere kant te lopen. Met die zon is ook iets wonderlijks aan de hand: eromheen zijn twee regenboogkleurige ringen te zien. Heet dat niet halo? Het draagt in ieder geval bij aan de magie.
Net als het vrouwtje met de aap. Hoezo onbewoond? Er is hier een wild wijf die de hele dag kokosnoten splijt. Op het strand voor haar ligt inmiddels een enorme berg, klaar om te eten – voor niemand. Ja, de aap naast haar, die eet zich suf.
Die avond worden we helemaal lek geprikt door de muggen.
Eindeloos varen
En al die tijd praat ik in mijn hoofd tegen mijn moeder. Mijn lieve moedertje die lang een zwak had voor schildpadden. Ze spaarde er miniatuurtjes van en ook kocht ze steeds zielige levende schildpadden in de dierenwinkel. Ze praatte met ze , dan werden ze zo groot dat we ze naar Artis moesten brengen. ‘Zie je je kleindochters nu ook schildpadden redden?’ vraag ik zonder woorden. ‘En mama, zie je hoe mooi de lucht is: de zon die wolken paars en oranje maakt?’ Van mijn moeder heb ik geleerd om naar de lucht te kijken. ‘Dat is mijn religie,’ zegt ze altijd.
En als Dunya weer veilig uit de zee is, stel ik ook mijn moeder gerust (‘Ze heeft een beschermengeltje, dat weet je toch’) zoals ik haar al zo lang geruststel.
Maar nu dus niet. Niet waar ze nu is.
‘Geniet van je reis, kom niet terug,’ zegt mijn moeder op haar heldere momenten door de telefoon. Want ook dat heb ik van haar geleerd: niets is zo waardevol als de intimiteit van reizen met je gezin. Op een gegeven moment moet ik denken aan een van mijn lievelingsboeken van Garcia Marquez. De wereld waarin de twee geliefden uit dat boek opgroeien, is naar en onmogelijk. Uiteindelijk vinden ze elkaar op een veerbootje dat eindeloos heen en weer blijft gaan. Ze stappen nooit meer uit.
Ik zit met mijn man en mijn meisjes in een bootje op de oneindige zee en ik wil nooit meer ophouden met varen.
6 reacties op “Zie je dat mama?”
Mooi én ontroerend verhaal. Ga gewoon heel veel genieten, precies wat je moeder zou willen.
Ada
Wat naar om te horen van je/jullie moeder! En wat een lastige keuzes! Wel een heel mooi verhaal!
jawel, wel op een dag ophouden met varen…maar voorlopig nog niet, x
Wat leuk! (de buffels, drollen en je dochters – en sowieso de reisverhalen). En leuk dat je mijn vriendin Anne(marie) ontmoet hebt! 😀
Lieverd, blijf heerlijk varen!!! Ooh, maar wat naar van je moeder! Ik denk aan je!
Tjee Anna! Sterkte meid! Ik denk aan je! X Haki