Categorieën
Verhalen van een Amsterdams leven

Ode 8

Ik breek een lans voor de traditie.
Die ik los van zwarte piet zie.
Maar: in dat je een gedicht schrijft
tongue-in-cheek terwijl het licht blijft.
Een echt gedicht van jou alleen
aan de mensen om je heen.
Voor elkaar gedichtjes schrijven…
Dát is waarom dit feest moet blijven!

Dit is een gedicht voor mijn goeie ouwe blog
Bijna twaalf jaar oud en… het is er nog.
Ik schreef over reizen, ik schreef over blijven.
Ik schreef over de liefde, ik schreef over schrijven.
Over kinderen en mijn moeder schreef ik het meest.
Vaak ook melancholisch, over wat is geweest.
Stipt elke drie dagen, ik blijf bij de les.
Dit is stukje dertienhonderdzes.

Dit is een gedicht voor jullie die dit lezen.
Die mij zo vaak van de stilte genezen.
Door simpelweg te volgen, door altijd daar te zijn.
Soms zijn jullie met duizenden, soms was de opkomst klein.
Ik kijk naar de cijfers en zie jullie allemaal.
Ik ken je niet, ik ken je wel, ik vertel je mijn verhaal.
En als niemand dat zou lezen, dan sloeg dit alles dood
Want een schrijver zonder lezers is als een peper zonder noot.

2 reacties op “Ode 8”

Je stukjes zijn mij zeer dierbaar. Ik hoop dat je er nog lang mee doorgaat. Je bron lijkt eindeloos. Dank je Sinterklaas.

Laat een antwoord achter aan barbera Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *